HIV

Wat is HIV?

HIV is een virus wat je afweersysteem aantast. Je kunt daardoor snel andere infecties oplopen. HIV is een SOA, een seksueel overdraagbare aandoening. Wereldwijd komt HIV veel voor. In Nederland komt HIV veel minder voor dan in grote delen van de rest van de wereld. Door de intrede van de PrEP, is het aantal nieuwe gevallen van HIV duidelijk verder gedaald.

Wat voor klachten krijg je van HIV?

Eén tot zes weken nadat je besmet bent geraakt met het virus kun je ziek worden. Dit lijkt vaak op een stevige griep, met keelpijn, zware hoofdpijn, huiduitslag en koorts. Dat kan voor sommige mensen een reden zijn om te gaan testen, maar heel vaak wordt er niet aan HIV gedacht. Deze klachten verdwijnen vanzelf weer.

In een later stadium kan je andere klachten krijgen:

• nachtzweten
• gewichtsverlies
• vermoeidheid
• toenemende kortademigheid
• aanhoudende diarree
• chronische huidklachten
• Je kunt echter ook lange tijd HIV positief zijn, zonder dat je er iets van merkt.

Als HIV niet behandeld wordt, kan het zich ontwikkelen tot AIDS. Dit komt in Nederland heel weinig voor. Bij AIDS (acquired immuno deficiency syndrome) is je afweersysteem dusdanig verzwakt, dat je lichaam zelfs tegen kleine infecties geen weerstand meer kan bieden.

Hoe kan je HIV oplopen?

HIV kan worden overgedragen via bloed, sperma, vaginaal vocht en moedermelk. 

Je kunt het oplopen door onveilig seksueel contact.

De kans op HIV is het groots bij anale seks. Pijpen en beffen vormen een heel erg klein risico, en alleen bij beschadigde slijmvliezen wordt de kans iets groter omdat er dan sprake kan zijn van bloed/bloed contact.

Je kunt via bloed(producten) besmet worden.

Je kunt HIV oplopen door besmet bloed. Bijvoorbeeld door een bloedtransfusie. In Nederland zal dat niet gebeuren, omdat alle donoren getest worden voor zij bloed mogen geven, maar dat is niet in alle landen het geval.

Denk ook aan het gebruik van besmette naalden ( b.v. bij drugsgebruik). Ook hierdoor kan HIV overgedragen worden.

Je kunt het via moedermelk aan je kind overdragen

Dit komt in Nederland nauwelijks voor, omdat alle zwangeren getest worden op HIV.

Bij wie komt HIV het meeste voor ?

In Nederland komt HIV vooral voor bij mannen die seks hebben met mannen (MSM). Daarnaast lopen sekswerkers een hoger risico.

In Azië, Afrika, delen van zuid en midden Amerika, Oost Europa en Rusland, komt HIV veel meer voor dan bij ons.

Wanneer jij seks hebt met iemand uit deze risicogroepen, loop jij ook een hoger risico op een besmetting.

Kan ik genezen van HIV?

HIV blijft altijd  in je lichaam. Gelukkig bestaan er wel medicijnen die het virus goed kunnen onderdrukken, de zogenaamde hiv-remmers. Je moet deze medicijnen de rest van je leven  blijven gebruiken. Gelukkig geven deze medicijnen weinig bijwerkingen. Hoe sneller na de besmetting je hiermee kunt starten hoe beter. Je blijft dan veel gezonder.

Als je medicijnen gebruikt tegen HIV is het virus vaak niet meer in het bloed aan te tonen. Je kunt het dan ook niet meer overdragen aan iemand anders.

Als je eenmaal HIV hebt, blijf je altijd onder controle bij een specialist in een HIV behandelcentrum. Als je je medicatie goed gebruikt, is je levensverwachting niet anders dan bij mensen die geen HIV hebben.

Hoe kan ik HIV voorkomen?

• Door veilige seks te hebben kun je een besmetting met HIV voorkomen. Een condoom geeft een goede bescherming  tegen het oplopen van het virus tijdens seksueel contact. Soms kan het lastig zijn om over condoomgebruik te praten met  je sekspartner. Probeer het toch. Het is belangrijk voor jezelf en voor de ander.
• Voor hoog-risico-groepen (bijvoorbeeld mannen die onbeschermde seks hebben met andere mannen) zijn medicijnen beschikbaar (PrEP) die je beschermen tegen HIV. De PrEP beschermt je alleen tegen HIV, niet tegen andere SOA' s. Regelmatig testen of je iets hebt opgelopen is hierbij dan ook belangrijk.
• Heb jij een hoog risico gelopen, bijvoorbeeld doordat je erachter bent gekomen dat je seks hebt gehad met iemand de HIV positief is, dan is het zaak om zo snel mogelijk te starten met PEP. Hiermee kun je voorkomen dat je daadwerkelijk HIV ontwikkelt. Dit kan alleen de eerste 72 uur na het seksuele contact. Hoe eerder hoe beter. Neem in dat geval contact op met de GGD of de spoedeisende hulp.
• Laat je regelmatig testen als je onveilige seksuele contacten hebt. Hiermee voorkom je natuurlijk geen SOA of HIV, maar je kunt wel snel met een eventuele behandeling beginnen, waardoor jij veel minder ziek wordt, en verdere besmetting voorkomen kan worden.

En verder?

Waarschuw je sekspartners als blijkt dat je HIV hebt opgelopen. Dat zijn moeilijke gesprekken, maar zo belangrijk in de strijd tegen HIV!

Wil jij je laten testen op HIV?

Je kunt kiezen voor een laboratorium-test, waarbij je binnen 2 tot 3 dagen de uitslag krijgt, of een sneltest, waarmee je binnen twee uur de uitslag hebt. De laboratoriumtest kan worden uitgevoerd 3 maanden na het onveilige seksuele contact. Er wordt hierbij naar de antistoffen tegen HIV gekeken. De sneltest betreft een RNA-HIV test. Deze test kan al 2 weken na het onveilige contact uitgevoerd worden.

Wat is de behandeling bij een positieve HIV test?

HIV wordt behandeld met tabletten die je dagelijks in moet nemen. Dit wordt alleen voorgeschreven via een HIV behandelentrum. Daar zul je door een specialist begeleid worden.

Hoe eerder je met de behandeling begint, hoe beter. De HIV krijgt dan zo min mogelijk kans om jou ziek te maken, én je voorkomt daardoor dat je HIV doorgeeft aan iemand anders. Door de behandeling ben je meestal al na 3 tot 6 maanden niet meer besmettelijk.

Je geneest niet van HIV. Je moet de medicatie daarom wel de rest van je leven blijven gebruiken.

Als jij positief test op HIV zullen wij je helpen om de juiste zorg te krijgen. Wij kunnen je niet behandelen, maar wij zullen, als je ons daar toestemming voor geeft, een verwijsbrief schrijven naar jouw huisarts, of je in contact brengen met een HIV behandelcentrum.